I made it !

9u05, ik steek mijn hoofd om een lange muur van lockers. En wat ik daar aantref, overtreft echt al mijn verwachtingen. Ik zie zeker 40 mensen, gezeten aan 4 gigantisch lange bureaus.

Wist je trouwens dat je sinds kort ook gigantischE lange bureaus moogt schrijven zelfs zonder komma tussen? Om in dit geval de lengte van de bureaus nog eens extra te benadrukken.  Nieuwe spelling, niet dat ik me er veel van aantrek, de spellingsregels, maar ik had het toch liever bij de oude gehouden. Is dat een teken dat je echt oud wordt ? Als de duidelijke regels van je jeugd je meer houvast geven dan het volatiele van het heden?  Och, in spreektaal deden mensen dat al, dus dan is het rechttrekken van de formele taal aan de realiteit misschien onvermijdelijk. De macht van de massa:  het  ‘ik google het even en hetgeen de meeste resultaten oplevert’ zal wel het correct zijn ? Toch. Een taalunie die formele regels bedenken en uitschrijven,het is toch een beetje jammer, als ze zo ‘de moed opgeven’ , en zich neerleggen bij het algemeen gebruik.  Jammer.

Waar podcast luisteren terwijl ik compostbakken omschep, al niet goed voor is.

Ik denk dat het uit de prachtige aflevering van Touché, met de ondertussen overleden Stijn de paepe kwam. Maar het kan ook ‘nieuwe feiten’ van Radio2 geweest zijn. Niet dat ik denk dat er ook maar één iemand zich afvraagt: van waar heeft zij dat toch ?

 

Bon.

 

9u05, ik steek mijn hoofd om een lange muur van lockers.

En wat ik daar aantref, overtreft al mijn verwachtingen.

Een ‘landschapsbureau’ , één grote open vloer, 4 ellenlange tafels volzet met elke 30 cm iemand. 

Ze zijn stil, zitten allemaal met een hoofdtelefoon te kijken naar hun laptop. Er is een oorverdovende stilte, en ik zie één manager, minstens 10 keer, fullscreen gesticuleren zonder geluid.  Geen afstand, geen mondmaskers, Wauw . Zoveel mensen op zo een kleine oppervlakte.

Ik ben er.  5 minuten te laat, maar ik ben er. Na 2 jaar in schiften op kantoor te werken, na een maand ziekteverlof,  ben ik er nu.

Er zijn gezichten die ik niet ken, maar ook mensen die lachen naar mij, een brede oprechte warme glimlach. Het lijkt wel dé terugkeer naar normaal. Ik ben er.  En ik vind dat een enorme prestatie.

Ik applaudisseer inwendig voor mezelf. Ik ben zoóó blij hier te staan.

Vanmorgen om 6u30, stond ik in mijn serre. De tweede dag al dat ik tevergeefs stond te wachten op de beloofde mooie zonsopgang.

Het goeie voornemen om rustig en traag te starten is gelukt. Het stuk dat volgde minder.

Ne 4 jarige die niet naar school wil, daar kunnen jullie je waarschijnlijk iets bij voorstellen. Zeuren, stampvoeten, wenen, treuzelen.

Ne 1m 95 groot, bijna 18 jaar oude boom van ne kerel die zijn jaar aan het bissen is,  en echt ELKE DAG opnieuw alles uit de kast haalt om niet naar school te gaan.

Misschien moet ik daar een tekeningetje bij maken ? Ik heb hem 4 keer wakker gemaakt. Ik heb hem verplicht naar school te gaan, en omdat hij hoopte dat ik al door moest en hij zich kon ‘overslapen’ heb ik hem met de wagen naar school gevoerd. De dagelijkse strijd die zich ook ’s avonds voortzet. Over hoe meedogenloos ik wel niet ben dat ik hem ondanks zijn verschrikkelijke buikpijn toch altijd dwing door te bijten.

Vandaag is het gelukt, voorlopig dan toch.

Klikspijt

Ik heb een verhaal,
voor aan de koffie automaat.

Ik zou het in geuren en kleuren brengen,
en mijn collega zou zeggen ‘amaai’.

De keer daarop zou ik het nóg enthousiaster brengen,
iemand anders zou antwoorden: ‘dat is precies de familie meyland daar !’

Ik zou gerustgesteld zijn, bevestigd of net tegengesproken worden.
In ieder geval zou ik ‘het kwijt zijn’ en daarna mijn werk verder zetten.
Het is veel moeilijker om het hier neer te schrijven.
En ik zit zowiezo al teveel tijd achter schermen, en toch ga ik het proberen.

Ik hoorde vanmiddag in het middagjournaal van ‘Johan terryn’

De spijt die je hebt wanneer je op het internet iets aanklikt en beseft dat je je eigen kostbare tijd aan het verknallen bent. Een onverklaarbare verknaldrang doet je dan toch nog verder lezen.

In plaats van te klikken ga ik tikken !

nog even geduld .. het komt !

Mi corona

1 oktober, ik was al even doodmoe,
Was al met nek- en rugpijnen naar de dokter geweest.
Had al een paar dagen later keelpijn.
En toen ik vrijdag begon te hoesten, wilde ik liefst een PCR test.
We zouden namelijk de dag nadien mijn verjaardag vieren met 3 vriendinnen.

De huisdokter had er geen oren naar, een zelftest moest het worden.
Het was een tijd van verkoudheid en griep, en iedereen was net gevaccineerd, het ongeloof was hoog.
(Voor zij die graag details willen: mijn 2 johnson spuiten waren toen al 6 maand geleden.)

De eerste test gaf zwangerschapsgewijs 1 streepje,
net voor ik juichte viel echter mijn oog op dat streepje, het stond bij ‘Corona’ en niet bij ‘Test’. (of is het Test en Controle?)
Nog een bezoek aan de apotheek later, stonden er 2 streepjes,
en moest ik plots wel een PCR. Die dag werd gevuld met angstige telefoontjes, mensen teleurstellen, onduidelijkheid overal.

De kids bij papa moesten daar maar blijven, en angstvallig werd gezocht naar ‘waar heb ik het opgelopen’. En ‘wanneer mag ik uit quarantaine’.
Uitgeput, zere keel van het bellen .. dat wel, maar toen was ik eigenlijk nog ‘in betrekkelijk goeie staat’.

De week die zou volgen werd een hel: Ziek. Doodziek. De mensen van het studieburo kwamen helemaal in ruimtepak bloed trekken. Ik moest continu zuurstof, hartslag, bloeddruk en koorts meten. Op oneven dagen een speekseltest. Op even dagen een bij mijzelf af te nemen pcr test. Tussendoor lag ik in bed. Ziek. Lezen kon ik vergeten. Eten kon ik vergeten. De contact-tracing telefoons waren er teveel aan. Als ik even naar toilet ging, had ik een hartslag van 140 en zat te hijgen alsof mijn leven er vanaf hing. Al gauw bleek dus dat ik best nog meer plannen uitstelde, en nog wat langer alleen thuis uitziekte.

Het was een harde periode, laat me daarover eerlijk zijn.

Zowel het ziek zijn, het alleen zijn, de onzekerheid, als de reactie van je omgeving.

Sommigen wilden zich niet laten testen. Sommigen waren kwaad hoe ik hen(/hun weekendplannen) in gevaar had gebracht. Terwijl ik mij gewoon aan de geldende regels had gehouden. We hadden twee keer samen gegeten de week voordien om afscheid te nemen van collega’s, ik was er wel kwaad voor op mezelf.
Zo leuk was dat niet geweest, waarom heb ik mezelf aan dat gevaar blootgesteld ?
Een paar dagen later bleek dan nog dat ik zelf een collega besmet zou hebben die er nog erger aan toe zou zijn dan ik.

Meermaals ben ik geschrokken van de reacties van anderen.
Gelukkig ben ik ook aangenaam verrast. Iemand die mij brood bracht of iemand die langs kwam met medicijnen, een kaartje met de post.
Een ezel gevuld met kersepitten *hart hart*
Nooit zal ik vergeten uit welke onverwachte hoek het kwam !

Toen ik later het werk hernam, kwam mijn smaak terug, maar mijn concentratie en mijn conditie niet.

Als ik stofzuig; de living en de keuken, dan kan ik die zelfde dag niet meer dweilen.
Het klinkt ongeloofwaardig ik weet het.

Ik wandel met de hond tweemaal per dag
(en kan tijdens het wandelen niet bellen)
Ik loop tweemaal per week (dapper noem ik het zelf)
En ik slaap.. 8 , 10, 12 u per nacht.

Ik ben in staat te functioneren. Mits een dutje hier of daar .
Ik heb bijvoorbeeld al een leuke citytrip Rome achter de rug.
Maar onbeperkte energie heb ik niet.

Het is hier nog steeds doseren.

Sommige mensen slapen samen met ne positieve en krijgen het niet,
sommige mensen hebben geen symptomen en toch de ziekte,
Sommige mensen hopen dit,
sommige mensen projecteren dat.

En allemaal hopen we dat het snel voorbij is.
Als iemand zegt: ‘ik wou dat ik het kreeg, dan hebben we dat ook weer gehad’, dan begrijp ik dat.

En daarom zou ik ook willen vragen, respecteer de andere zijn keuzes, geloof iemand, toon empathie.
Je weet niet in welke situatie hij zich begeeft.

Avond avonturen

Als alles goed gaat,
zouden jullie hieronder Hade’s Avond Avonturen moeten kunnen zien
(ja sorry dat bloggen dat wordt hier zo een zeldzaamheid dat ik vergeten ben, hoe dat nu weer moest, correct linken naar instagram)

Ik vind het mooi die ‘gun het jezelf – samen met anderen’ op die visual.

Het schrijven hier staat op een laag pitje, toch zou ik vanalles willen delen.
Om de drempel alvast wat te verlagen, deze warrige post, ik hoop dat jullie het mij vergeven 😉

Craftfulness staat op het programma vandaag. Wil het nu toevallig dat ik de voorbije tijd al wat geknutseld heb 🙂

Dromend van een mooie oude secretaire op een prachtige prominente plaats, heb ik een opvouwtafeltje boven mijn printer geïnstalleerd en dat tot ‘papierburootje’ gedoopt.
Een goeie stap richting ‘opruimen'(vaste plek voor dingen) maar ook een plekje dat ‘Liesbeth’ aanvoelt, nu zowat alles in mijn living naar (thuis)werk neigt.

Vorige week pakte ik al verjaardagspost (krasplaat /tekenen op nummer – gevonden in de kringwinkel) in,
maar besteedde ik ook een middagpauze aan het maken van ‘mijn wasmachinefiche’. Ik dacht eerst nog inscannen, en painten, maar toen dacht ik: nee kom, kopiëren en met de hand, dat heeft toch meer charmes dan al dat computerwerk. Het was meer tijd dan gedacht.

Maar echt, de voldoening die je daarvan hebt. En ook. Ik had -ook van de kring- een papier snijmachine gekocht, maar demonteren en slijpen lukte niet. Dus uiteindelijk vond ik dat ik wel een (nieuwe brol) papiersnijmachine van de action mocht kopen. Sorry. Maar echt man … Echt rechte lijnen !! De frustratie van mijn eeuwig mislukte knipsels is voorbij ! Dat is echt ne lifesaver mensen, ik knutsel wel graag maar het is altijd zo lelijk als het af is.

En daar eindigt het nog niet mee. Vorige zaterdag had ik een workshop ‘elbum binding’ in mijn favoriete knutsel hemel in leuven.
Eerst zat ik er wat verveeld mee. Doordat ik afgelopen periode corona opliep, en er echt ziek van was, schoven alle plannen op, en daardoor leek het even of ik ging moeten forfait geven. Dubbele boekings na dagen en weken van binnen zitten, echt niet goed voor mijn fomo of mijn budget dat ik zorgvuldig in de gaten hou.

Maar dus, ik stond vroeg op, had een prachtige rit door de mistige velden, met giechelende meiden op mijn achterbank, door straten waar ik nooit eerder reed, mijn dag was al goed gemaakt voor ik die winkel binnenstapte. Die wereld die weer open ging. Magnifiek. En dan was ik nog eens omringd met de prachtigste dingen.

Vanavond ga ik proberen mijn achterstal in de lingerieles in te halen, en daarvoor plak ik nog even een ‘envelopje’ in mijn schrift, zodat mijn patroontjes niet verloren gaan.
Dus … neen ik ga geen blikje timmeren. Maar binnenkort heeft de dochter een halloween feestje, en met mijn tegenvallende pompoenoogst, is dat misschien wel een waardig alternatief !

Dicht

Dinsdag moest ik naar het werk.

Ja u leest dat goed.

Good old fashioned werken op hoofdkantoor.

Woensdag was een feest vrije dag.

Donderdag moest ik naar het werk.

Mijn ‘koffertje’ – een voor 3 euro in de kringwinkel gekochte laptoptas- stond in de hal. Stilletjes, gesloten te wezen onder de kapstok.

Ik heb het daar neergezet vorige dinsdag,
en ik heb het daar ’s ochtends terug aangetroffen.

Mijn badge, muis, headset, lader, papieren, nog een bakje met codes,.. alles stond netjes klaar. Geen onderdelen verspreid over mijn living tafel.

Tijdens de wandeling met de hond vanmorgen heb ik wel even gedacht:
F*ck man die data aggregeren, hoe gaan we dat ooit gedaan krijgen?

Maar voorts bleef die tas mooi dicht.

Oh man wat heb ik daarvan genoten. Het smaakt naar meer.

FOMO

Fomo, The Fear Of Missing Out.
Maak daar, gezien de omstandigheden, maar ‘Missing out’ van.
Ik zou graag ‘the fear’ willen laten vallen.
Ik mis de laatste tijd weer veel.

Wij zeggen wel eens ‘ge hebt niks gemist’ als je te laat komt.
Of er een keertje niet bij kon zijn.
Het is troostend bedoeld, maar eigenlijk is het toch aan de persoon zelf om te bepalen of hij iets mist.

Ik denk dat we spreken van FOMO, als je hét gevoel hebt te moeten kiezen, of dat alles altijd net leuker lijkt als je er zelf niet bij was.
Wanneer de angst om iets te missen groter is, dan het missen zelf. Alsof de hele wereld samen is en jij alleen.
Nee .. ik ben meer het missende type.

Niet het angstige type.
Hoewel ik er soms ook wel gewoon eens wil bijhoren.

Zo lees ik overal blije berichten:

‘Woehoe ! Mijn vaccinatie uitnodiging is er.
Joehoe, ik mag gaan om mijn prik.
Jiepie, de vrijheid is in zicht.’
Ik wacht eigenlijk ook op een verlossende brief.

Maar hier lijkt het wachten, het wachten op Godot.

Er komt geen brief. Er komt geen uitnodiging.

Sinds 5 febr ben ik al ingeënt. Toen kon ik er niet trots op zijn. Het leek ongepast om het te delen.
Toen ik op 5 april een tweede shot kreeg, en de openbaring dat ik in de goeie groep zat, was ik dankbaar en opgelucht, maar de zeldzame keer dat ik het tegen iemand verklapte werd er raar gekeken. Zo precies of ik ‘voor wou steken’ of privileges eiste, terwijl ik alleen maar even wou zeggen: ‘kop op, het vaccin is onderweg’.

Ondertussen blijkt net het lotje dat ik trok (J&J) niet zo ideaal voor jonge vrouwen. (Hoera voor mijn 41, op de valreep oud genoeg.) En zijn de beschermingscijfers niet zo denderend. Terwijl iedereen juicht om zijn 95%, zit ik daar met een schamele 66%.

Het vaccin was in mijn geval GEEN doorbraak naar versoepelingen.

Zowel in februari als in april, bleven de maatregelen strikt. De cijfers bleven slecht, de uitrol van heel het vaccinatie schema leek weken, later maanden te duren. Mijn kids 14,17,20 zullen nog een lange tijd mogen wachten, als ze het al krijgen.

Ik weet het dus niet.

Heb ik nu last van MO of FOMO?
Mis ik het samenhorigheidsgevoel van iedereen die nu in de gevaccineerde club toetreedt?
Mis ik de verlossing die de brief met zich meebrengt? Of de schijn van opluchting eens je afspraak vast ligt?
Mis ik het uitkijken naar …?

Wat ik zeker mis, is het ‘zonder afspraak bij vrienden binnenvallen.’ Last minute zonder plannen. Of de ongedwongen iets grotere groep mensen waarin je vlotjes van het ene tafeltje naar het andere tafeltje gaat. Het dansen op muziek. Het opgaan in een groep en tegelijkertijd toch de mensen observeren. Maar ik ben niet bang, de samenhorigheid, de groep, hij is er nog, en als ik er klaar voor ben, dan gooi ik me er wel weer in.

Negatief – de test is negatief


November 2020.
Een donkere en lange corona herfst. Als eeuwig thuiswerkend extravert valt het me zwaar.
Zoekende ben ik, wat kan ik in deze bevreemdende tijden doen om toch het gevoel te hebben een steentje bij te dragen?
Hoe zet ik mij zinvol in voor de maatschappij ? Op de site van mijn werkgever zie ik een oproep. Ze zoeken mensen om deel te nemen aan een vaccin studie. Fase 3, van verschillende vaccins. Het ergste risico is dan al wel gepasseerd denk ik, dus vol goeie moed schrijf ik mij in.
Enkele kloefers van vragenlijsten later krijg ik bericht dat ik geselecteerd ben.
Toch verloopt het proces moeizaam. Eén studie wordt on hold geplaatst, mijn werkgever trekt zich terug uit het commitment, voor de andere studie kom ik minder in aanmerking. Weken gaan voorbij, ik krijg ingewikkelde mails, en lees af en toe toch wat verontrustende dingen.

5 Februari 2021 D-DAY !
De plaatsing van mijn serre is die ochtend niet kunnen doorgaan maar er stond nog iets in mijn verder-totaal-lege agenda. Ik heb een afspraak met het studiecentrum ! Ik ben in de doelgroep van Johnson&Johnson beland. De communicatie was verwarrend.
Met toch een beetje een bang hartje rij ik met de wagen naar daar. Lang niet gereden. Dat ook al.
Als ik toekom, staan er grote witte party tenten buiten die me doen terugdenken aan de beelden van de Italiaanse ziekenhuizen, nog maar een half jaar geleden. Het is een wat bizar gebouw, ook binnenin. Genummerde onderzoekskamers. Snelle nieuw/aanbouw, precies in alle haast neergezet.

De kamers zijn leeg maar toch ook vol materiaal. Face shields, reanimatie machines.
Allemaal genummerde kasten en lades. Eerst moet ik naar een dame. Een interview over mijn goeie bedoelingen en consequenties, grofweg even de 30 pagina’s tellende voorwaarden doornemen. Ik installeer een app om gedurende maanden mijn symptomen bij te houden. Geen bloed gaan geven. Geen nieuwe medicatie. (toen nog: geen andere vaccins bvb van de overheid) Als ik ziek wordt, ga ik niet naar de dokter. Niet naar een ziekenhuis. Ik bel het onderzoekscentrum en zij regelen alles. Ik krijg een linnen zak met een zuurstofmeter en thermometer. Van die swap staafjes in een biohazard zakje. Als ik besmet ben, of symptomen vertoon, geef ik dat aan in de app. En dan komt iemand aan huis die staafjes ophalen om te testen. Als ik ernstiger ziek wordt, komen er dokters geheel in beschermend wit pak naar mij thuis, voegt ze er nog aan toe als ik al aan het handtekenen ben. Als een directeur, stapel na stapel. Onwillekeurig denk ik even aan de term ‘doodvonnis’.

Met mijn bizarre ‘goodie bag’, begeef ik mij naar de volgende kamer. Rare mix, iets tussen kliniek en labo in, met al die prefab kamers. Het lijkt een obscure film te zijn waarin ik ben beland.

Een zwangerschapstest, ik plas in een potje en bedenk me: “hoe kan ik nu in godsnaam die toiletdeur openen en daarna mijn handen terug ontsmetten?”
Gelukkig negatief, stel u voor zeg. Dat zou pas schrikken zijn.
Temperatuur/bloeddruk, lengte, gewicht, een keertje ‘swappen’, instructies voor al die machinerie thuis en een bloedname.

Een grote kaft vergezelt me. In elke kamer komen er minstens 2 witte jassen die het uur noteren, en allerlei cijfers noteren in tabellen.  Ik ken vlotjes mijn naam, familienaam en geboortedatum, en reciteer die op eenvoudig verzoek. Ik slaag meermaals met glans.

De derde onderzoekskamer, ik voel me al behoorlijk proefkonijn als ik me weer op een plastiek matras moet neervleien. Een jonge knappe dokter komt de kamer binnen, hij kijkt me onderzoekend aan, bekijkt de pagina’s in mijn ondertussen indrukwekkende kaft en zegt:
‘amaai, uw operatie is echt goed gelukt.’

Vragend kijk ik hem aan.

“Ben je een vrouw” vraagt hij ? Al vanaf de geboorte ?”

Ijverig knik ik. ‘Dan ben ik zo dadelijk terug, want hier staat wel degelijk een M in je dossier.’

Het lange wachten, het vele papieren gehannes geeft iets surreëel aan de situatie.

Dubbel-blinde studie las ik (in de bundel die ik gelukkig weken voordien al doorgenomen had) Ze hoopten de studie naar een volgende fase te kunnen brengen. En dan zou er één groep 1 spuit en 1 placebo krijgen en één groep 2 spuiten. Om zo de vergelijking in de antistoffen te kunnen opmeten. Dus ik ging er vanuit dat ik wel de echte spuit zou krijgen. (Maar dus bij het eerste gesprek bleek de studie nog niet gekanteld, en kon het ook nog zijn dat ik in de 100% placebo groep belandde.)

De tijd gaat zo langzaam, nieuwgierig kijk ik de kamer rond.

Een geel bakje staat aan het voeteneinde. Er steken 2 spuiten uit. Buiten de streepjescode staat er in koeïen van letters ‘PLACEBO’ op de sticker.
WTF? denk ik, nog net niet luidop.

Dubbel blind, dat wil dus zeggen dat de onderzoekers die de spuiten toedienen ook niet weten of je het vaccin krijgt of niet.

Verbouwereerd zit ik daar… rustig de dokter af te wachten. Dat is niet dubbel blind ?!?!?

Na enige tijd komt er een dame met een schoteltje de kamer in. Ze zet het niet neer, maar wacht geduldig tot de dokter terug is.

Ik moet eerlijk bekennen, nu ik wist dat er mogelijks iets op het etiket stond, kon ik het toch niet laten een korte blik te werpen toen de spuit in mijn arm stak. Tevergeefs, de jonge dokter had zijn volledig vuist rond de spuit gekneld.   Nog nooit heb ik iemand zo een spuit zien zetten.

Voor hij weer verder gaat duwt hij de 2 uitstekende spuiten dieper in het afvalemmertje, kijkt mij even indringend aan, en duwt mijn spuit er ook in.

Ik moet nog 30 minuten blijven zitten.

Alleen in dat kamertje.

Naast het afvalbakje, met een open deur waar bijna continu mensen voorbij wandelen.

Zou ik rechtstaan? En even piepen ? Een camera hangt aan het plafond..

Ben ik in een candid camera beland ? Is dit een sociaal experiment?

Oh Liesbeth toch.. gij en uw avonturen altijd.

De volgende keer houdt ge toch maar gewoon uw arm naar beneden als ze vrijwilligers vragen.

Out of the blue

Waarschuwing: Relaas van ons eerste ´terrasje´.

Warm. Heet eigenlijk. Ne 17 jarige. Lievelingseten Pizza. Verjaren terwijl je moet studeren. Al 2de jaar op rij zonder vrienden. Horror. Maar kom. Wij hebben in ons dorp een goeie pizzeria. Met een piepklein terrasje. Dus reserveerde ik. Daags voordien. 18u. Nog snel een toerke met de hond. Helderblauwe lucht.

´Iedereen klaar? We zijn weg!´

Laf weer. Dat wel. 18u stipt. We stappen in de auto. Drup. Drup. Dikke zware ploffen op het autodak. Wat is dat? De zon schijnt.

18u05 we komen aan. Ondertussen spreken we van ´drashen’. Een watergordijn scheidt ons van de pizzeria. De parasols te klein. De stoelen en tafels nat.

19u. Het stopt met regenen. Met een nat gat maar volle maag verlaten we het terras. Het is nog steeds laf. Het zal tot 21u duren eer er een echt onweer komt met betrekken en donkere wolken en donder enzo.

Maar ons gereserveerd tijdstip terrassen, was nu eens een schoolvoorbeeld van ´out of the blue´. Geen wolkje aan de lucht. Prachtig blauw. Zo onverwachts als het gekomen is, is het ook gestopt. Heel plaatselijk. En toch .. een uurke lang nattigheid. Net boven dat terras.

Ik zag

Vorig jaar begon ik een blog post :

De “Maartse vlieg”. Zwart van kleur, verplaatsen zich vaak in groep en bij momenten imiteren ze een kolibrie door stationair te blijven hangen. Ze hebben lange poten die onder hun lijf bengelen …een beetje vreemde naam want het is ondertussen April !

Toen was misschien de inspiratie op, of april liep zijn gangetje, en ik vond mijn tekst niet relevant, weinig zeggend.  Ik weet nog hoe die zwerm muggen, mij de oversteek over het bruggetje beletten.

Vorige week jogde ik ’s middag (eind mei en eindelijk zomerse temperaturen) en kreeg ik weer zo een venijnigerd in mijn gezicht.

Trots kon ik tegen mijn loopmaatje* zeggen: De maarste vlieg, ik weet het nog.

De maartse vlieg (Bibio marci) is eigenlijk geen vlieg maar een mug. Als je ze ziet vliegen lijkt het een soort kruising tussen een vlieg en een mug. Het is net een 1 cm grote vlieg met de typische beharing en grote ogen terwijl het lijkt alsof ze een lange angel hebben hangen. Dit zijn echter de hangende achterpoten die je ziet terwijl ze langzaam boven het gras vliegen of stil in de lucht blijven hangen. Ze leven slechts enkele weken en leven dan enkel van plantensappen. Ze richten geen schade aan en kunnen zelfs niet steken. Om de mensen geen onnodige schrik te doen krijgen noemt men deze dan ook geen maartse mug, maar een maartse vlieg.

Misschien moet ik mijn klein gelukjes rubriek ‘ik zag’ maar terug wat leven in blazen ?

Want kijk de échte koekoeksbloem die ik opzocht vorig jaar, heb ik toch ook maar mooi onthouden tot deze lente !

*Door het jaar thuiswerken was ik op zoek naar wat koetjes en kalfjes gesprekken, èn naar een loop partner. Zo iemand om mee af te spreken, zodat je hersenen geen last minute excuses bedenken.  Ik sprak de loopclub aan, de buurman,.. iedereen was bang. Tot een man me opviel die hier wel eens gedurende de dag voorbij liep. Toen hij een keertje achter mij aan liep, en we hetzelfde tempo bleken te hebben, sprak ik hem impulsief aan. Dus ik kan nu met trots zeggen dat ik ondertussen wel over de middag ga joggen met vreemde mannen. Of misschien mag ik zeggen; ik heb er een vriend bij ?